Graanmaalderij

Aan de Oosteinde 293 staat het gebouw van de voormalige Coöperatie Landbouwersbank en Handelsvereniging Vriezenveen. Het gezamenlijk inkopen en verkopen van de oogst was lucratief en handig, zeker omdat de afnemers van agrarische producten steeds vaker grootschalige fabrieken waren.

In navolging van het ontstaan van arbeidersverenigingen onder fabriekswerkers, gingen ook veel boerenbedrijven zich organiseren in een coöperatie. In Vriezenveen gebeurde dit in 1907.  Binnen dit samenwerkingsverband bleven de boeren zelfstandige maar maakten zij wel afspraken over de prijzen en wisselde kennis of materialen uit en bouwden zij veelal een gezamenlijke opslag, kantoor en werkplaats; het verenigingsgebouw. De geldstromen binnen de coöperatie werden ook aangewend voor leningen of investeringen en in de volksmond werd een dergelijke coöperatie dan ook wel de ‘boerenleenbank’ genoemd. Verenigingen als deze waren de voorlopers van banken die we nu kennen, bijvoorbeeld de RABO-bank.