Station 1960-62

Eind zeventiende eeuw ontwikkelde Almelo zich als centrum van de linnenindustrie. Doordat Almelo aan de rivier de Aa lag werd het ook een handelsknooppunt voor omliggende steden. Boeren werden professioneel wever en het aantal thuisweverijen groeide gestaag. Deze zogenaamde “huisindustrie” werd in de negentiende eeuw grootschalig gemaakt door de komst van stoommachines en fabrieken. De verbinding met het spoor maakte Almelo later nóg aantrekkelijker als handelsstad.

Het oorspronkelijke treinstation van Almelo dat in 1865 was gebouwd werd al na 30 jaar afgebroken vanwege bouwkundige problemen. Het werd vervangen door een mooi statig gebouw dat men in 1960 beschouwde als niet meer passend. Het gebouw werd gesloopt en maakte plaats voor een moderne stationshal, met een zeer uitgesproken bouwstijl ontworpen door Koen van der Graast, met glas in lood ramen van J.H. Baas. Het meest in het oog springend zijn de grote, schuine zuilen en de stalen, onderbroken overkappingen met de kenmerkende rechthoekige stationsklok zuil. Het station maakt deel uit van het landelijke Beschermingsprogramma Wederopbouw 1959-1965.