Villa van de fabriekseigenaar Schlikker

De villa Schlikker, gebouwd in 1903 aan de Steinstraße 29, is een pronkstuk van de Schüttorfse villa-architectuur. Zelfs van buiten valt het twee verdiepingen tellende witte gebouw op door zijn rijke architectonische ornamentiek in Art Nouveau-stijl. Binnen is de versiering nog weelderiger en omvat het uitgebreide stucwerk en glas-in-loodramen, evenals lambriseringen, deuren en beslag. Niets anders is ook gespaard. Zo heeft het huis een centrale verwarming op cokes die nog steeds werkt en die zelfs tegen stroomuitval werd beschermd door een accumulator in de kelder.

Herman ten Wolde, de eigenaar van de villa, kon zich dit luxueuze leven veroorloven. Tot 1902 runt hij de spinnerij H. ten Wolde & Co. die later onder de naam Remy zal handelen, en schakelt dan - kennelijk niet minder succesvol - over op het bank- en onroerend goedbedrijf. Zijn voorbeeld toont aan hoe onbezorgd de plaatselijke textielbaronnen waren over de vormgeving en verandering van het stadsbeeld buiten hun eigen fabriekspoorten. Gelijktijdig met de bouw van Villa Schlikker verwierf hij Slot Altena, dat sinds de 14e eeuw in Schüttorf stond, liet een deel van het vervallen complex zonder meer afbreken en gebruikte de gerenoveerde noord- en westvleugel voor woondoeleinden. Er is echter niets meer van te zien, aangezien het kasteel in 1973 plaats moest maken voor een doorgangsweg en met de grond gelijk werd gemaakt.

Gelukkig heeft Villa Schlikker het overleefd en staat het op de lijst van historische monumenten. Herman ten Wolde bouwde het niet voor zichzelf, maar voor zijn pasgetrouwde dochter Ida en haar man Ludwig Schlikker. Ook hij stamt uit een oude familie van textielfabrikanten, maar is zelf arts. Ook de latere eigenaren van de residentie dragen de naam Schlikker en hechten veel waarde aan het oorspronkelijke behoud van het gebouw - zelfs de inrichting is grotendeels ongewijzigd gebleven. De villa is nog steeds privé bezit, dus het is niet mogelijk om het te bezoeken.